Getverderrie ik word er echt helemaal gek van. Ik kan niet meer voor- of achteruit. Ik krijg niets meer op papier.
En ik had nog zo met mezelf afgesproken dat ik NIETS moet. En toch laat ik me opdrijven door dat stemmetje in mij.

Het stemmetje daagt me uit: "Je hebt A gezegd Bregtje, maar...waar blijft B?"

Het is juni 2021 en ik doe mee aan het programma Master Your Story van Yvette van den Berg. Yvette is Chief Storyteller en ik geniet al wekenlang van haar deskundigheid op het gebied van storytelling. Met een groep komen we iedere week bij elkaar in een online coachcall. Het is iedere week een feestje.

Gedurende het programma Master Your Story leer ik hoe ik een verhaal technisch goed kan schrijven. En het zet ook een transformatieproces in gang, maar ik weet natuurlijk niet hoe dat er bij mij uit zal zien.

Vooralsnog slobber ik alles op en ik geniet. Fantastisch! Daarnaast mediteer ik, maak lange wandelingen en schrijf vele verhalen in mijn hoofd. Er komt echter geen letter op papier.

Het is twee maanden later. Ik krijg het Spaans benauwd. Het programma loopt naar z'n eind en mijn groepsgenoten zijn druk bezig met implementeren van wat ze geleerd hebben. Hoe krijgen ze het voor elkaar! Maar dáárvoor doe ik toch ook mee?

En ik doe helemaal niets. De druk vanbinnen loopt op en ik voel me verlamd. Dit kan niet. Ik moet iets doen! Ik voel me buitenstaander. Dit is niet meer leuk.

In een coachcall gooi ik het eruit. Nee...ik jank het eruit: "Ik kan heel goed over persoonlijke dingen schrijven. Juist dát. Maar ik heb een enorme angst om DIE verhalen op mijn website te plaatsen, in nieuwsbrieven te schrijven, op social media te zetten".

Yvette hoort mij goed. Ze zegt dat niets moet. Ik geniet immers volop van het programma en zuig het op als een spons. Na het programma kan ik altijd alle video's en coachcalls terugzien. Schrijven kun je niet afdwingen.

Dat helpt. Het moet toch niet gekker worden.

Ik begin met het schrijven van verhalen. Het voelt weer zo vertrouwd en ik denk aan al die verhalen die ik vroeger schreef. Als kind, als puber, als jongvolwassene. Niemand hoeft het te weten, ik kan altijd nog zien wat ik ermee doe. Wat kan het mij schelen.

Tijdens het schrijven komt van alles bovendrijven. Ik schrijf nooit van me af, maar ik schrijf naar me toe. Allemaal cadeautjes. En dan, zonder dat ik het in de gaten heb is daar het stemmetje: "Hoe zit het nu met jouw boek? Het is tijd Bregtje".

Ik duw het stemmetje weg. Ik heb daar namelijk mijn redenen voor. Ook al heb ik veel materiaal verzameld de afgelopen jaren.

Het is veel te groot en veel te spannend en veel te...van alles. Dus, als ik mijn boek ga schrijven, doe ik het in hapklare brokken. Stap voor stap. Sneek is ook niet in één dag gebouwd.

De eerste stap: ik zit tussen de dozen met al mijn schrijfsels uit mijn jeugd. Ze waren weggestopt op zolder. Bij iedere verhuizing van de ene zolder op de andere gezet. Ik denk dat ik er zeker 30 jaar niet in heb gekeken. Ik heb de verhalen niet geschreven omdat het moest, maar omdat ze geschreven wilden worden.

Het is een blij weerzien. En als ik een verhaaltje voorlees uit een schriftje lukt dat niet met droge ogen. Ik heb een grote schat gevonden, al wist ik waar die lag.